Dromerige ogen
en het raam van ons klaslokaal
De pestende jongens die ik nooit heb gemogen
negerend met hun ijskoude woorden van staal
Een stralende glimlach
als ik thuis speelde met de kinderen uit de buurt
Die ik, ookal waren zij veel jonger, als goede vrienden zag
terwijl het einde van een lange vrienschap in de struiken luurt
Een stil kind
die tijdens de lessen vaak als enige luisterde
Die deed alsof zij het niet erg vond van wat de ander vind
maar die toch steeds kleiner werd als ze over haar fluisterde
Mooie gedachten
over fantasie, dromen en later
Over een toekomst als leerkracht met kinderen die lachten
zonder pesterijen, stalen woorden of ander geflater
Cindy