Op een dag kwam er visite. Van hun kregen mijn broes en ik een grote zak met snoepjes. Na lang zeuren mocht ik dan eindelijk mijn zak snoep open maken. O, wat waren die snoepjes toch lekker. De een na de ander ging naar binnen en al gauw was de zak leeg.
De volgende dag zouden we 's Ochtends onze Sinterklaascadeautjes krijgen. Met een wit gezicht en een draaierig gevoel in mijn maag liep ik naar beneden. Beneden aangekomen zag ik alle cadeautjes en al het lekkers op tafel liggen. Ik kreeg een sterk missenlijk gevoel. Daar kwam het, ik wilde nog naar het aanrecht lopen maar het was te laat. De zak snoepjes van de vorige avond lag nu half verteerd op de grond. Ik was er zo ziek van geworden dat ik de hele dag in bed heb gelegen.
's Avonds ging het al iets beter. We gingen met het hele gezin naar onze familie toe om Sinterklaas te vieren. Ook daar was geen gebrek aan lekkers. Ik wilde het liefst alles op eten want ik voelde me kip lekker. Helaas mocht ik van mijn pleegmoeder heel de avond niets eten. Daar ben ik nog de hele avond chagerijnig om geweest.