ik loop door het gras
en zie
het was nog nooit zo mooi
en ik kan me slechts
herinneren
dat het zo groen was
uit een lang vervlogen tijd
dat ik een kind was
de vragen zijn als sterren
ongeteld
waar is nu iedereen gebleven
die me lief was
nu alleen vraag ik
waarheen zal ik gaan?
de eenzaamheid
is schoon gekroond
met een boeket
van herinnringen
uit vervlogen tijden
en ik vraag het de hemel
al niet meer
waarom ik ween
over zulk een schoon
gras
de boterbloemen
zijn met velen
mijn ogen komen niets tekort
geen is er die mij ontgaat
samen in een
kring toveren ze een
lach op mijn gelaat
de jaren zijn geteld
een halve eeuw later
viert men het feest
tot alles door gaat
maar wie zal weten
en wie zal me kennen
en hebben gevoeld
en gezien
en met me hebben gelacht
en gehuild
de beelden en de gezichten
zijn gebeleven
hen stemmen klinken door
in mijn geest
en al hetgeen was
en is geweest
zal voor eeuwig zijn
geschreven in mijn
boek
waarvan de
alleraatste bladzijdes
als blaadjes
nog niet op aarde
zijn gevallen
morgen zal ik dromen
in de morgen en in het licht
in de zon en in de glimlach van een kind
ligt de toekomst en alle hoop
die moed doet geven
de nieuwe morgen
die het leven verlicht
en eens zal ik ook hen weerzien
die ik met meeste heb gemist
en alle anderen die op mijn pad
zijn gekomen
als dan eens alle vragen
zijn gekend en gewist
tot dan en wie weet
mag ik zijn en blijven
elke dag elk uur en iedere minuut
weten en voelen dat ik leef
door de dagen van lief en plezier
de dagen van eenzaamheid en pijn
en weet ook jou heb ik gezien
gevoeld en geraakt en wellicht pijn gedaan
met een hart dat echt niets vergeet
zulk een roos lief en rein
die nimmer zal vergaan
tot dan ik zeg
dankbaar
ik heb gegeven
ik heb gelaten
ik heb genomen
ik heb gekregen
maar ook ik heb spijt
en net als jij
wist ik ook niet beter
dan wat ik wist te doen
en met althegeen ik heb geweten
en alhetgeen ik heb gedaan
en althegeen ik heb begrepen
en alhetgeen is vergaan
zo vraag ik jou
mij in vrede te laten
tot dan ook jij vergeeft
en kan glimlachen als je
kunt voelen en zien
wie je van binnen bent
de ongerepte schoonheid
is mooier nog dan eeuwig wit
gelegen op de hoogste bergtoppen
onder hemels wolkendekens
is zij vrede vrij
als je weet en voelt
dat alles niet voor niets is
en in liefde blijven zal
voor altijd
het gras
is mooier dan uit mijn dromen
en de boterbloempjes met zovelen staan
in volle bloei ongeroerd
in het groen waar ik waag
mijn lot te dragen ontroerd
een keer sluit
ik mijn ogen
en ontmoet
een oude vriend