Als ik je zie,
maar je staat aan de andere kant
En het gouden zoete licht lokt me,
neem dan men hand en
houw het tegen je hart,
tegen je warme lichaam,
je hart dat me liefhad
je lichaam dat me beminde.
Als ik je zie,
maar je wordt langzaam een schim,
kijk dan in men ogen,
en laat me nog een keer dwalen
in jouw hemel van wiegende wankelende wolkjes.
Als ik je zie,
Maar de warmte vloeit uit men lichaam,
Neem me dan in je armen
En laat me nog een keer veilig voelen
In je lieflijke zachte vleugels.
Als ik je zie,
Maar ik verlang
Ik snak
Ik tracht
Om een laatste vleugje ziel uit te blazen,
Zeg me dan niet hoeveel je van me zal houden
Eeuwig en altijd,
Maar vertel dat je van me hield,
Dat je me altijd wou beschermen,
Dat je me altijd liefkoosde…
Want ik deed hetzelfde.
En met die woorden zal ik rusten
Nooit ontwaken uit een slaap die wiegt…