in het land van nooitgedacht
groeien wonderlijke mensen
taal noch teken kennen zij
zodat niemand hen kan doorgronden
een wetenschapsteam
die dit volkje onderzocht
stelde bijzonder vage vragen
de stam wist van niets
zelfs niet dat ze nooitgedachters waren
hun ogen rolden tijdens het knikken
van linksvoor
tot diagonaal rechtsachter
en vice versa door de kassen
geen last van sponzige kwabben die
irissen in balans moesten houden
gastvrij bleken zij zonder twijfel
iedereen kon daar vrij binnen vallen
jan en alleman vroegen
hemden van vege lijven
ontrafelden eerst losse mouwen
plunderden vervolgens
bodemloze zakken vol
zoiets is toch ooit bedacht