Ik heb een nieuwe oranje broek.
Ik zie je wel kijken om de hoek.
Je bent gewoon jaloers op mij.
Omdat ik hier loop met deze vette kledij.
Ik loop naar huis en jij gaat achter me aan.
Ik loop een winkel binnen en koop een banaan.
Ik haal de schil eraf.
De banaan valt op mijn oranje broek, wat ben jij laf.
Ik zag heus wel dat jij het brak.
Een banaan op mijn oranje broek, wat ben jij een zak.
Mijn broek hij is helemaal vuil.
Jij gaat er vandoor en ik huil.
Ik loop naar huis en zie mijn mam.
Ze zegt: wat een vieze broek en geeft me een ram.
Het was echt niet mijn schuld en mam stond op mijn teen.
Het meisje brak mijn banaan, ze was zo gemeen.
Ze deed het omdat ze jaloers was op mijn oranje broek.
Ze kwam zomaar aanrennen van om de hoek.
Mensen wees verstandig.
Bananen op een oranje broek smeren is niet handig!