Jouw mond
vormt bewegelijk
de woorden.
Volle lippen,
een mondhoek trilt.
Mooie senzuele,
plooibare mond,
vol melodieuze
klanken,
schaterend soms.
Volle rode lippen
gerond in een
stille lach,
Jouw zachte mond,
steeds wisselend
van vorm, vol kleur.
Zo speels, soepel,
warm glanzend,
altijd lokkend.
Je vochtige tong
streelt de gewelfde
ronding van je
half geopende mond.
Daar tussen tanden
parelend hard wit,
haast voelbaar.
O, warme, lieve
lokkende mond,
ik vraag je
ik smeek je,
sluit je rond mijn
zo verdroogde
lippen, zuige je vast.
Versmelt in een
verwarmende, maar
eindeloze
vermetelheid.