De vogels dansen
hun dans in de blauwe lucht,
wiegen tulpen mee
§
Zwevend danst de valk
de lente langs, naar haar prooi,
wolkendraaitrap af
§
Zie hoe ze drijven,
sierlijk op de lentelucht,
zwartzijden vleugels
§
Bloeiende bloesems,
bezongen in liederen
van voorjaarsvogels
§
Vogelzang weerklinkt,
de zoete lentemorgen
is welgekomen
§§