van de ziel weet ik enkel wat het lichaam weet:
waar de hoop en de gratie
streven naar de hitte
van de vlam ligt de woonplaats van de mens.
Kijk hoe de appels gloeien
in het broze avondlicht.
Zo zou een huis moeten zijn
zo: fonkelend in het schermerlicht
zonder woeker of gemeenheid
met de appels als gezelschap.
zo: zuiver, rijp