Ik keek naar je benen, die verdwenen, in een korte rok.
Waar gaan jullie henen? gedragen door gelakte tenen, o, een haan in een kippenhok.
Het is buiten nog niet erg warm, maar van binnen sta ik in vuur en vlam.
O schatje, met je lekkere benen, gedragen door die gelakte tenen, ik droomde ervan, dat je ermee, naar mij toe kwam.