___________________________
Je bekijkt me,
bedorven en verwelkt lijkt mijn gezicht.
Zie ik in de schittering van je ogen.
Ik bleek een zonnebloem te zijn.
Toen,
toen dat toen, toen niet boeide.
Toen was niet belangrijk.
Maar toen was werkelijkheid,
tot nu.
Nu, verrot en verbruind lach ik tot u uit herinneringen.
U.
U bent water en zon.
Leven of dood is de bestemming die u kiest.
Voor mij,
helemaal van mij, ben jij.
In m’n droom.
Soms,
in werkelijkheid.
Neen, niet meer.
Jij was de krachtige hoop die mij het leven verder in drijft.
___________________________
-Anthony Willems