Spijt
Ze stond daar in een flodderkleedje.
Opzij van een zeer drukke baan.
Ze weende blijkbaar ook een beetje.
Ze leek me heel erg aangedaan.
Ik vroeg haar : "meisje gaat het niet?"
en streek haar sussend over 't haar,
"je hebt, zo zie ik, veel verdriet,
ik zal u helpen,zeg het maar".
Ze lei toen plots een bloempje neer
en streelde zacht de harde grond.
ze zei :"het spijt me zo meneer,
't is hier dat ik mijn poesje vond".
"Ze was zo mooi en o zo lief,
We speelden altijd met elkaar.
Ze is nu dood mijn hartedief
en haar nu missen valt me zwaar".
Ik zei :"je moet me echt geloven,
uw poesje heeft het nu heel fijn.
Ze speelt daar met de God hierboven
en zal altijd gelukkig zijn".
Ze zei : "Ik heb het goed begrepen".
Ik las pas later in de krant.
Een auto had een kind gegrepen
en zelfmoord lag hier voor de hand.
----------