Mijn zus beitelde haar afscheidswoorden
diep in mijn hart, in het eelt op mijn ziel
was vrij toen ze in vergetelheid viel
zoekend naar het licht dat elders gloorde
Zag haar weer in droom - vanop 'n grazig strand
haar drijvende graf deinde zachtjes mee
op Darckheims groen-golvende meersenzee
'n wijze wind blies d'r naar de overkant
Want wachtend voorbij Elysions kust
lag heur vurig verlangde zielenrust
broze geest door het leven geschonden
doolde in 't duister tussen seconden
danst nu zo volmaakt in het Einderland
mijn zus is thuis, daar aan de overkant