Het doet pijn wanneer ze blijven jagen.
Steeds vaker, feller en dus meer knagen.
Waarom over jou, waarom blijft het hangen.
Deze gedachten wil ik niet opvangen.
Alsjeblieft ga weg en laat mij met rust.
Ik weet dat jij de laatste was die mij echt kust.
Nog steeds verlang ik naar iets wat niet kan.
Vraag mijzelf af, hoe lang blijf ik in de ban.
Soms boos om wat er niet is.
Soms voelt het als een groots gemis.
Soms blij om de grauwe grens.
Soms koester ik een andere wens.
Toch begrijp ik het echt.
Dit was echt een zinloos gevecht.
Ergens ook jaloers om alles wat er niet bestaat.
Ik hoop dat deze pijn ooit vergaat.
-.-