Hier voel ik me thuis
waar weide na een beek abrupt
overgaat in boom en struik
Het land ademt grondmist uit
een bonte specht tikt en roept
de rupsen op, luistert aandachtig
kopje scheef naar elk gerucht
in het rotte, diepe hout
Eens was er een populier
op de oever van een plas
waarin later bij de eerste dooi
een jongen tien jaar oud verzoop
het ijs bleek niet meer tot dragen bereid