De dag 15 februari 2017
Opgewonden ressorke, vijftien jarig broekie,
stuiterballend verder bij elke pimpgedachte
aan zijn kandij zoete poeppie.
Met dynamische tred, vol rep en vuur, elke meter dichter,
tot de toegang naar zijn Valentijn snoepie.
De belknop hapert wat, zijn hart gedragen
waar ieder het duidelijk kon zien, eindelijk stond hij daar,
het minnenmoment kwam sloffend nader.
De deur draaide open met een luide kraak.
Een waas van spiritus en oude peuken
begroet brutaal zijn neus
binst spontaan de wens tot blindheid en panische angst
hem vastspijkeren aan de stoep.
Gekneld tussen teerbruine moluren
ging als bokser in zijn ring, wie zal het zeggen,
primaat of Jeronimus Bosch kobold,
een slijkharig ding met tafel brede kont.
Keel schrapend gorgelende ze, ik zweer het je,
daarvan werd zelf de duivel bang, rauw lispelende woorden;
“Kome s’jij binnen. Z’is bijna klaar, gij’se knappe bink”
Lofdichten aan mijn voeten gestoken in Nike’s Air,
omdat ze in Ben Johnson-stijl zo snel weg-flitsten.
Van consternatie bevroor bijna terplekke mijn bloed,
mijn hart daverde als een locomotief,
terwijl in mijn hoofd vaders gouden raad steeds echoënde
hoed u om die reden mijn zoon,
elke meisje word zoals haar moeder!
Morgen ga ik mij wel excuseren,
maar voor vandaag heb ik het besluit genomen,
alle meisjes af te zweren,
enkel nog te sporten en te studeren.
Voor mij geen Valentijn meer,
voor ik meerderjarig ben!
“Valentijn, extra vierge.”