In de strandstoel word ik weer acht
Dahl-gewijs zeg ik als Mathilda
ongezouten mijn gedacht
vandaag eet ik het liefst de blaadjes op
ik scheur ze uit zijn boek
voor ik ze in mijn mond prop
zo raakt het boek zeker nooit zoek
In de auto word ik weer zeventien
luidkeels vragen we ons af voor de gein
waar de Pixies in godsnaam
met hun verstand gebleven zijn
vandaag frommel ik mijn koptelefoon
zo diep mogelijk in mijn oren
ik word meer en meer doof van elke toon
maar het lied geraakt zo nooit verloren
deze lunch werd ik weer vijf
mama prakt mijn aardbeitjes tot een pap
en vraagt wanneer ze mag stoppen
zodat ik er vervolgens veel te veel suiker op kap
om bo’kes in te soppen
vandaag ga ik aardbeitjes kopen
voorzichtig doe ik het papieren zakje open
zodat er geen eentje in de zak
al volledig wordt geprakt
in mijn zetel word ik weer tien
als Robin tegen Dustin vecht
en ik Neverland graag ook eens wil zien
want dat bestaat natuurlijk echt
Vandaag wil ik in de televisie springen
en weer met hen meevechten
samen met de verloren jongens zingen
een lesje leren aan de slechten
Bangerang!
Op Pasen word ik weer zeven
en raap eitjes tot mijn mandje overloopt
ik zwaai naar papa, maar heel even
en alles loopt zoals gehoopt
Vandaag wil ik hem nog steeds bewaren
maar reeds drie lange jaren
is hij niet meer bij mij
niets is hetzelfde, zonder hem erbij
zonder hem las ik misschien niet veel
vond ik aan muziek niks aan
at ik mijn aardbeitjes heel
had Hook nooit opgestaan
ik wil hem een knuffel geven
en bedanken voor mijn rijke leven
Papa, hoor je mijn gemist en gezucht
gooi dan voor je kleinkindje
wat paaseitjes uit de lucht