Stapstenen.
Soms bent U ver
uit ’t oog verdwenen
wandelen wij eenzaam op de weg
de richting kwijt
wanhopig tastend
zonder gevoel van overleg.
In een vaag weten
naar wij hopen
loopt U toch mee, als toegezegd
want als wij vallen
moet toch iemand
er zijn die onze leden recht.
Zo velen zijn nu
op de vlucht Heer
hebben geen thuis dat op hen wacht
zij stromp’len voort
zoekend naar warmte
in ’t duister van de levensnacht.
Schenk hen en ons
moed af te dalen
in ’t binnenste van heel ons zijn
om te vertrouwen
op Uw almacht
hervonden liefde in de pijn.
Dat wij de schoonheid
weer genaken
in ’t scheppingsbeeld door U hersteld
in ’t Goddelijk lijden
van Uw Zoon Heer
de paassteen wegrolt , die bekneld.
th