Mijn broertje!
Mijn broertje zo klein en zo teer.
Jij bent nu veilig bij de Heer.
Graag zou ik je nog eens willen wiegen.
Dat ik nog naar je verlang zeg ik zonder te liegen.
In een sinaasappel kistje lag jij opgebaard.
Ik jou kleine zus vond dat maar raar.
Jij was naar de koude schuur verbannen.
Nu nog steeds kan ik naar jou verlangen.
Maar je mee begraven dat mocht ik niet.
Sorry dat ik jou toen zo alleen liet.
Pappa was de baas en ik was zo bang
Het heimwee naar jou duurt nu al zo lang.
Ik kan en wil jou nog niet begraven.
Maar ik denk nog aan jou alle dagen.
Een rozenkrans om je handjes, bloemen om je hoofd.
Jij ging naar de Hemel, dat werd ons beloofd.
Een grote zakdoek onder je mond.
Omdat die anders open stond.
Tulpen in een vaas in de hoek.
Koud was het daar, de warmte was zoek.
Daar lag je wit en stil als een steen
Jij mijn broertje was maar even te leen.
Een Engeltje zo mooi was jij en zo klein.
Oh, wat zou ik soms graag even bij jou willen zijn.
Tijd om je een naam te geven was er niet.
Je hebt nog steeds geen naam, en dat doet mij zo`n verdriet.
Je ging zo snel dood en je was er maar net.
Vaak denk ik aan jou als ik lig in mijn bed.
Nog eenmaal jou wiegen en een kusje geven.
Dat verlangen blijft nu voor de rest van mijn leven.
Misschien, ja heel misschien.
Zal ik jou in de Hemel weer zien.
Kus van je zusje Jet .
Jammer, ik kon jou nog maar net!
J.v.B