Huilen, boos worden, gek worden – maar je begrijpt het niet.
In jouw ogen ligt alleen kilte in ’t verschiet.
Ik heb emoties die jouw niet raken
Jouw kan alleen onverschilligheid smaken.
Het moet altijd van twee kanten komen.
Het midden en redelijkheid mag niet worden ontnomen
Op een gegeven moment ben ik van al het huilen moe
Mijn hoofd en hart willen geen gedoe.
Terwijl er naar mij een heerschap kijkt
Met een gezicht waar geen emotie op prijkt.
Kilte, ijs, sneeuw, winter in je hart.
Dus neem ik mijn gevoelens en mijn smart.
Ik draai me om, geen tranen meer.
Ook mijn emoties zijn een sprookje van weleer.