[ik spin een lange draad
waarlangs ik mij neerlaat in het water
in de pupillen, de ogen, de harten]
en ik weet, jij bent hier
als ik door de letters dwaal op grafstenen
doorheen mijn verstand
met in mijn broekzak een brandende kaars
en babykousjes, kleingeld
konden er toch nog jaren zijn
zelfs lange, hongerige
wijl de lege veerboot
tegen de kade klotst
en jij je zou kunnen verschrikken
voor elke gesloten deur
ik ween alle afgestompte woorden
terwijl toekomst zijn glans verliest
vallen sneeuwvlokjes eenvoudig in de nacht
- ik ben net negentien
en vang hen met mijn tong
proef het zoute van mijn tranen
ik weet, jij bent hier
jouw lied in mijn oor
en onder mijn tong
het lied dat alleen jij kent
engelenkind met gouden vleugels
ademloos en wit-marmer-koud
sunset 25-01-2020