Op ’t natte zand…
Oneindig het verlangen,
duistere donkere ogen,
zo droevig de ziel
toen het begon.
Op zo'n berooide avond als deze,
het licht der waarheid niet graag werd gezien
en ik alleen in de leegte liep
waarin mijn ware aard maar niet wou wijken.
Met een overmaat aan waangedachten,
zichzelf verloochende, in verdriet gekend.
Tot in de eeuwigheid bleef wachten,
dit deed zeer, zo blijken al die leugens.
Mijn god aanhoor mijn donkerste vrees,
waarom lonken daar die schijngestalten.
Moet ik weer naar het onbekende smachten
of faal ik opnieuw als ik het verleden?
Ons onverzadigd bestaan,
niet weten welke waarheid er gedijt.
Dat niets niet goed of slecht is gebleken
en het leven naar een zure dood smaakt.
Beste vriend vaarwel,
Geen tranen in mijn ogen.
Hoe triest het eindigt
voordat ik mijn belofte nakom…
esteban 12 maart 2020