Van een stapje met wat muziek, maak je een danspas.
Maar met jou zong ik liever wat.
Van een brief en de belasting, maak je de staatskas.
Maar jij bent mijn schat.
Een avondmaal in een kamer, eet je in een dining-room
Maar jij ging liever voor een frietje.
Van een paard en een bloem, maak je een paardenbloem.
Maar jij bent mijn vergeet-me-nietje.
Van een flits in mijn hoofd, maak je een hele gedachteloop.
Maar bij jou was ik niet chagrijnig.
Van wat woorden bijeen, maak je weer een hele hoop.
Maar nu ik jou verlies zijn er woorden te weinig.