In schaduwen op de muur herken ik vervlogen gezichten.
Zij veranderen steeds,
elke keer als ik mijn ogen wil oprichten.
Hoe langer ik kijk, hoe meer zij lijken te bewegen.
Levend geworden zijn zij,
in een stuwende herinnering aaneengeregen.
Muren en gordijnen draaien, niets blijft onbewogen.
Een bekende stem hoor ik zeggen:
“Niet lezen in bed, dat is slecht voor je ogen.”