De kerkbel luidt een laatste keer
In de gebrokkelde stenen is geen eer
Gebroken glas en lood kent geen gereformeerde trots
Al heette onze predikant Petrus, hij was geen rots
Gezang valt op doven oren, ik begrijp de tekst niet en voor jullie is de melodie verloren
Elke zondag deden we wel wat we beloofden
Maar waren we echt kerk?
Of wilden we liever in gewoontes geloven?
Dit te krappe gebouw was niet waar we op wachten
Dus vertrokken we na teveel ongehoorde klachten
Mijn liefde is niet bijbels en jouw levenslied is eeuwen oud
Wanneer zullen we beseffen dat God de kerk niet op tradities en vernieuwing, maar op Jezus bouwt?
De natuur claimt terug wat het ooit was
Een kerk uit as, tot as
Is gebed genoeg om het te redden?
Of wachten we op een tweede Jezus en tweede kruis
Christen zijn begint toch thuis?
Ik zie meer genade in de schreven dan ik hier ooit heb gekregen
God kan deze dode stenen wel weer doen leven
Abrahams kinderen uit het gruis
Noemen we deze puinhoop daarom een huis?
Mijn kerkbel luid een laatste keer
In de vervallen tempel van mijn lichaam is weinig eer
Gebroken glas en lood, geframed door wilskracht hard als rots.
Zelfs al was mijn naam ik Petrus, ik kan niet bouwen op mijn trots