De wolf in zilvervacht
Vol van verlangen, statig als kracht
Doordrongen van verlangen, liefdevolle macht
Kwetsbaar als een pup, sterk als een wolf,
Is ieder gebaar een teken, als betekenissengolf
Verdrinkend in gedachten, drijft ie soms wel weg
Verbijtend die heimwee, schiet er soms een druppel weg
Gewoon aan z’n charme, blijft ie immer bedachtzaam
Voor den tijd is m’n bedolven van charmes, nog niet langzaam
Maar allen die hem kent, trekt aan hetzelfde zeel
Woorden en emoties, zijn soms te, maar nooit teveel
Soms ontgoochelt, soms begoochelt, danst ie door
Het leven, genietend, want liefde gaat hem voor
En zoals t gezegde gaat, een echte wolf, in balans
Gaat voor z’n doel, zonder mening van gevoelloos schaap of stomme gans
Want ja, als wolf geen haren te verliezen
Blijven streken streken, met menig charme achter kiezen
En allen die de wolve Josef kent, kent z’n beziel
Altijd, denkend, altijd strevend, voor de liefde in ’t geheel
Want hoe een wolf ook huilen of grommen mag
Liefde en genegenheid, het blijft een Achilleshiel