GRETCHEN
GRETCHEN EN IK
Wij daar samen stonden in onze vette jaren
naar de slanke Anna Achmatova keken
Hoe wij samen een gedicht van haar voorlazen
jij eerste stem en ik als gewoonlijk tweede
'Van dat huis is geen spaan gebleven,
de bomen in die laan zijn gerooid.
In een museum rusten
die hoeden en schoentjes.
Hoe leeg lijkt de hemel
op de plaats waar een toren omviel.
Hoe stil lijkt het huis
waar een zoon nooit terug is gekeerd.'
Jouw vingers wakker werden in mijn hand
vervolgens naar buiten liepen en weer
de vogels hoorden en ademhaalden
Jij zachtjes begon te huilen en niet wist
hoe of waarom wij samen waren
* Bij een gedicht van Anna Achmatova.