Hoeveel
jaren van eenzaamheid
zijn er te vinden
in een hart
Onmeetbaar als de tijd
Die we na het ontwaken
vragend voelen verdergaan
Jij komt
Ik ga
Wij zeggen heel gewoon tot morgen
we bedoelen het zomaar
Dat klopt daarom niet altijd
Steeds zoekende zijn we geboren
om door het leven te gaan
Toen heb ik even
gewoonweg blijven staan
Overdenkend
Langzaam aan
Waar eens de wereld helder was
en zich kon verblijden over een vlinder
of een pas openbloeiende bloemenknop
En alles wat nu nog
even vol bloeit
Tussen vervagende flarden
van stil verlangen
en nog onvervulde dromen
In een kleine kamer
gevuld met hagelwitte leliekelken
zag ik beelden in de stilte van koper en glas
Verweven door eeuwenoude verhalen
En wat ik hierbij bedenken kon
In mei
Het eerste lente licht
leerde me langzaam kijken
Naar alles
Wat zo kwetsbaar is
Maar er soms zo weinig over gezegd word
Weetjewel
Hoe diep het raakt om slechts een enkel woord
van liefde
Zo heel onverwachts te mogen ontvangen